Winkelier gooit kattenvoer naar overvaller: 'Ik pik het niet meer'
Na diverse overvallen op nachtwinkel La Nuit in Noord, waarvan een zelfs met dodelijke afloop, aarzelde de eigenaar geen moment toen hij zondag een jongen met een pistool in zijn zaak zag: hij werkte hem de winkel uit.
Het zal in een fractie van een seconde zijn gegaan, denkt Iftikhar Ahmad Butt. Zo'n beetje op het moment dat hij het handvuurwapen zag, slingerde de eigenaar van de avondwinkel een grote zak Whiskas kattenvoer door de zaak.
Met een klap kwam die op het hoofd van de overvaller terecht en plofte uit elkaar. "Al de hele dag vinden we op de vreemdste plekken kattenbrokken. Kijk hier, tussen de Milky Ways, daar heb je er weer een."
Zak kattenvoer
De 62-jarige eigenaar van avondwinkel La Nuit op de Waddenweg in Noord zit deze avond, bijna 24 uur na wat een mislukte poging tot een gewapende overval zou blijken, toevallig met precies dezelfde vriend op precies dezelfde plek: een beetje achter in de zaak, met een ruim assortiment wijn aan hun ene kant en de dierenvoeding aan de andere.
Zijn vriend, een taxichauffeur in de ziektewet, zit ook nu een beetje half verscholen achter een tafeltje, wippend op een leeg bierkrat.
Het was 23.14 uur, zegt de vriend, die hier eigenlijk elke avond wel een paar uurtjes doorbrengt.
"Twee jongens kwamen binnen, de ene bleef bij de deur staan en de andere trok gelijk een pistool. Vanuit mijn ooghoek zag ik hoe Iftikhar in één beweging die zak kattenvoer naar zijn hoofd slingerde en vervolgens het hele rek met chips omduwde op die jongen. Ik stond met een fles wijn in mijn handen, klaar om te gooien, maar ze waren er al vandoor."
Geen spijt
Het was misschien niet heel slim, erkent de eigenaar, maar spijt heeft hij niet.
"Ik weet dat de politie altijd zegt dat je niet de confrontatie moet aangaan, maar wat moet ik dan? Ze het geld zomaar meegeven? Ik moet er ook voor werken. Dat ik zo gereageerd heb, komt ook door een gevoel van onrechtvaardigheid. Ik pik het gewoon niet meer."
De afgelopen jaren is de avondwinkel vaker doelwit geweest, in 2007 kwam de vorige eigenaar van de winkel zelfs om het leven tijdens een overval die volledig uit de hand liep.
En toch is Butt nooit bang, zegt hij, ook nu niet. "Dit is een vriendelijke winkel en 99,9 procent van de klanten is ook vriendelijk. Overvallers moeten weten dat we hier niet zomaar doen wat zij ons opdragen, wij pikken het niet meer."
Overvaller is vaak jong
De jaarlijkse afname van het aantal overvallen op winkels lijkt te zijn gestagneerd. De Amsterdamse politie registreerde er vorig jaar 140, tegenover 138 in 2016. In 2009 waren dat er ruim drie keer zo veel. "Het gaat in alle gevallen om gewelddadige overvallen, waarbij doorgaans wapens - (nep-)vuurwapens en messen - worden gebruikt," zegt een politiewoordvoerder.
De daders zijn in de meeste gevallen jonge mannen, jongens eigenlijk. "Meestal mannen van 12 tot 24 jaar, die niet schromen geweld te gebruiken," aldus de woordvoerder.
Het is een eerder gesignaleerde trend: jonge criminelen proberen zich binnen een bepaalde groep te profileren door overvallen te plegen. Als een competentieverklaring op hun criminele cv. "Vroeger deden jonge criminelen dat door een diefstal, of een auto-inbraak. Nu lijkt een overval de manier om je te bewijzen."
Het gros van de overvallen in Amsterdam is nog altijd gericht op winkels en ondernemingen, al lijken woningen aan populariteit te winnen. Vorig jaar kreeg de politie 62 meldingen van woninginbraken, tegenover 49 het jaar ervoor. "Overvallers lijken vaker de voorkeur te geven aan de veiligere omgeving van een woning," aldus de woordvoerder.