Direct naar artikelinhoud
Opinie

'De paradox van de ideale stad: mooi, maar duur'

Ja, het is erg dat jonge gezinnen de stad verlaten, schrijven PvdA'ers Jeroen van Berkel en Marjolein Moorman. Voor Amsterdam-West is het funest.

en
Aan het water in het Westerpark: 's zomers een kinderparadijs.Beeld anp

U kent ze wel: frisse jonge Amsterdammers met een goede opleiding en met werk, komen elkaar tegen in de kroeg en gaan na verloop van tijd ­samenwonen in haar leuke, maar kleine huis. De liefde is groot, ze genieten van de stad en elkaar en dus komt het eerste kind. Zo gaat dat. Gelukkig.

Het stel heeft nog negen maanden om een huisje met een extra kamertje te zoeken. Na twee jaar wonen ze er nog, want hoewel ze hun wens voor een tuin of ruim dakterras hebben losgelaten, blijven de huizen te duur voor hun gezamenlijk inkomen. Als zij dan zwanger blijkt van de tweede, valt het doek: ze gaan ­zoeken naar een plekje buiten de stad.

Het is een groot probleem in de hele stad en al helemaal in stadsdeel West. Gezinnen verlaten in razend tempo de stad en dat is zeer, zeer zorgelijk voor de toekomst van Amsterdam. Op ­onze PvdA buurtbivak, waarin we een week middenin De Baarsjes bivakkeerden, noemden al die betrokken bewoners, ondernemers, onderwijzers en maatschappelijk werkers dit als de trend die het stadsdeel bedreigt.

Buy to let
Het is de paradox van de ideale stad. Doordat Amsterdam zo populair, zo mooi en zo fijn is, zijn de huizen inmiddels onbetaalbaar. Twee werkende ouders, allebei aan het begin van hun werkende leven, kunnen met hun gezamenlijk inkomen in stadsdeel West geen fatsoenlijke woning meer kopen of huren. Want de competitie van expats en investeerders die panden opkopen om aan meer mensen tegelijk te verhuren (buy to let) is zo groot, dat gezinnen het onderspit delven.

Sociale huurwoningen zijn ook niet meer te vinden. Door het nieuwe puntenstelsel tellen nu ook de verkoopprijzen van huizen in de buurt mee. Daardoor schiet elke (particuliere) huurwoning direct door de puntengrens en wordt die niet meer beschermd. En dan is er altijd wel iemand die 1700 euro huur per maand kan betalen.

Gezinnen verlaten in razend tempo de stad en dat is zeer, zeer zorgelijk voor de toekomst van Amsterdam.

De nieuwbouw of ombouw van kantoren naar woningen levert ook al amper gezinswoningen op. Ontwikkelaars kiezen voor kleinere woningen in plaats van woningen voor gezinnen. Dat levert hen namelijk veel meer op. Natuurlijk zijn starterswoningen ook nodig in de stad. Maar niet ten koste van gezinswoningen.

Is het erg?
De eerste vraag die we moeten beantwoorden is: is het echt zo erg dat gezinnen de stad verlaten? Is een stad niet bij uitstek de plek van studenten, stelletjes en vrijgezellen? Van hippe dertigers en uitgaande expats, die goed geld verdienen en uitgeven? Het antwoord laat zich raden: nee.

In West is de afgelopen 20 jaar niet voor niets veel geïnvesteerd om het een kindvriendelijk stadsdeel te maken. Door alle pleinen en speeltuinen op te knappen en de buurt veiliger te maken, waardoor kinderen ook buiten durven te spelen. West is omringd en gezegend met vier prachtige parken: het Vondelpark, het Rembrandtpark, het Erasmuspark en het Westerpark. Er staan tientallen prachtige goede scholen en veel, heel veel kindercrèches.

En ja, wij vinden het belangrijk dat ze blijven. Wij hebben zelf ervaren dat als je moeder of ­vader wordt, je anders naar de buurt gaat kijken. Waar voorheen de hele stad je leefwereld was, ga je met je kleintje een stapje terug. Zaken gaan je opvallen die niet goed zijn en daar ga je ineens wat van vinden! Dat er toch echt een extra zebrapad moet komen, dat het schoner moet op straat, dat er te hard door de buurt wordt gereden en dat je buurman wel erg weinig bezoek krijgt. Zo raken nieuwe ouders meer betrokken bij de stad.

Amsterdamwet
We kunnen zorgen dat er in Amsterdam plek blijft voor gezinnen. Met een Amsterdamwet die onze huizen beschermt tegen speculanten en huisjesmelkers. Er is een hoop te doen om de rol die investeerders hebben op de Amsterdamse vastgoedmarkt. De hoorzitting die de Amsterdamse gemeenteraad binnenkort houdt, zal hier hopelijk meer duidelijkheid over kunnen geven.

Marjolein MoormanLijsttrekker PvdA AmsterdamBeeld Mats van Soolingen
Jeroen van BerkelDagelijks bestuurder ­Amsterdam-West.Beeld Mats van Soolingen
Maken we geen goede afspraken, dan kun je er donder op zeggen dat dit een wijk vol kleine, onbetaalbare en zeer winstgevende woningen wordt

Er zit ontzettend veel potentieel in een goed georganiseerde woningruilmarkt; we hebben ouderen in grotere woningen die best wat kleiner willen wonen, maar wel met behoud van de huur en in de buurt. Mensen die van boven naar beneden willen verhuizen, of naar een huis met lift en zonder drempels. Allemaal regelingen die bestaan, maar vindt elkaar maar eens.

Dus een goede website met een goede campagne daaromheen, zodat Amsterdammers ­onderling kunnen ruilen van huis. Gefaciliteerd door gemeente, corporaties en ontwikkelaars. In Den Haag moeten we bovendien als stad lobbyen om de puntengrens op te trekken, zodat we veel meer huurwoningen kunnen ­beschermen.

En er moet groter gebouwd worden tegen ­betaalbare prijzen. Daar moeten we in durven investeren. Dat betekent inleveren op de grondprijs door de gemeente, maar dat moet dan maar. Scherpe voorwaarden aan ontwikkelaars om dit af te dwingen zijn echt nodig.

Centrale Markthallen
In stadsdeel West kan dit op twee plekken. In het hartje van West, tegen het Westerpark aan, wordt een groot gebied ontwikkeld; de Centrale Markthallen. Het schiet nog niet echt op en een definitief bouwprogramma is er nog niet. Dit is de kans om rond de tafel te gaan met de ontwikkelaar en af te spreken er een mooie kindvriendelijke buurt van te maken. Met ruime koop-, en (sociale) huurwoningen, kunnen we hier grote aantallen gezinswoningen realiseren.

Maken we geen goede afspraken, dan kun je er donder op zeggen dat dit een wijk vol kleine, onbetaalbare en zeer winstgevende woningen wordt. Ook aan de andere kant van het Westerpark: over Sloterdijk 1 kunnen we met elkaar ­afspreken dat dit een wijk vol gezinnen wordt.

Ze zeggen niet voor niets dat kinderen de­ toekomst zijn. Dat zijn ze ook van steden.