Direct naar artikelinhoud

Helft hulpverleners vindt zorg verwarde personen onvoldoende

30 procent van de Nederlandse gemeenten lukt het niet de problemen met verwarde personen goed aan te pakken. In Amsterdam zijn politie en zorgverleners nog pessimistischer: 50 procent vindt de zorg op dit moment onvoldoende.

Een opvangkamer op de afdeling Opvang Verwarde Personen.Beeld anp

Mensen met verward gedrag, onder wie dementerenden, worden als crimineel afgevoerd in politiebusjes en in de cel gestopt tot er hulp komt. Probleem is ook dat er onvoldoende bedden beschikbaar zijn voor mensen die met spoed uit huis moeten. Verwarde mensen zijn vaak niet eens in beeld bij de gemeente, omdat ze geïsoleerd leven en zorg uit de weg gaan.

Dat blijkt uit het eindrapport van de adviescommissie voor personen met verward gedrag. Twee jaar geleden kregen gemeenten de opdracht op 1 oktober de zorg op orde te hebben.

In orde
Verschillende gemeenten erkennen dat zij er 'helemaal niet' klaar voor zijn: onder meer Lopik, Leerdam en Veldhoven. 'Er is nog een lange weg te gaan,' schrijft de commissie onder leiding van Onno Hoes, burgemeester van Hoofddorp.

Veertig andere gemeenten geven aan onvoldoende zorg te kunnen bieden aan verwarde personen, waaronder Eindhoven, Zoetermeer en Weert.

In de regio Amsterdam vinden gemeenten dat de aanpak in orde is. Op de vraag van de adviescommissie of er op 1 oktober een passende aanpak is, antwoordt 17 procent van de betrokken ambtenaren: 'helemaal mee eens'. 83 Procent antwoordt: 'meer eens dan oneens.' 

'Er gaat ook veel goed'
De Amsterdamse politie en hulpverleners, die met de gemeente samenwerken, zijn minder positief. 10 procent vindt de aanpak helemaal niet goed. 40 procent neigt naar een negatief oordeel. Op de stelling dat de aanpak passend is, antwoorden zij: 'meer oneens dan eens'.

In sommige ontwikkelingen loopt Amsterdam voorop. Zo zijn er pilots om mensen met verward en crimineel gedrag beter te begeleiden. Ook de psycholance, een ambulance speciaal toegerust op mensen met psychische nood, geldt als voorbeeld voor een goede aanpak.

"Wel is het jammer dat er binnenkort geen psychiatrisch verpleegkundigen meer op de psycholance ­werken, maar algemeen verpleegkundigen die een korte cursus psychiatrie hebben gehad," zegt Deborah Lauria namens Cliëntenbelang Amsterdam, een organisatie die opkomt voor mensen met beperkingen. "Maar er gaat gelukkig ook veel goed."

Jeroen Zoeteman, psychiater en manager bij de Spoedeisende Psychiatrie Amsterdam, beaamt dat laatste. "Er is in Amsterdam wekelijks overleg met alle betrokken partijen, waarbij casussen worden besproken. Dat is erg zinvol. Uit onderzoek van de inspectie blijkt ook dat wij als crisisdienst goede en veilige zorg bieden." 

Een bed vinden
Wat Zoeteman wel zorgen baart, is de terugtrekkende rol van de politie. "Psychiatrisch patiënten worden terecht niet meer in politiebusjes naar de crisisdienst gebracht. De psycholance is daarvoor beter. Maar bij gewelddadige situaties in de kliniek moet de politie wel blijven komen."

Een ander probleem in Amsterdam en de rest van Nederland is het vinden van een bed voor mensen met acute psychiatrische problemen. "Dat staat zwaar onder druk," aldus Zoeteman. 

Toenmalig minister van Volks­gezondheid Edith Schippers sloot in 2012 een deal met de geestelijke gezondheidszorg, gemeenten en verzekeraars waarbij besloten werd het aantal bedden terug te brengen van 30.000 naar 20.000 in 2020. 

Anders dan in andere gemeenten speelt in Amsterdam ook de overlast van drugstoeristen, die regelmatig een beroep doen op de Spoedeisende Psychiatrie. In 2003 werd 4,7 procent van de Amsterdamse crisisbedden bezet door buitenlandse patiënten, nu 16 procent.

Lees ook: Landelijke meldlijn voor verwarde personen

Jeroen Zoeteman, psychiater en manager bij de Spoedeisende Psychiatrie Amsterdam.Beeld Rink Hof