Matthijs de Ligt en penalty's: 'Tja, ik ben een verdediger'

Maandag stond hij blozend van alle loftuitingen op een podium in Turijn, als grootste voetbal­talent van Europa. Gisteren sleepte de Golden Boy van Ajax alweer een nieuwe prijs in de wacht: de Young Talent Award op het NOC*NSF Sport­gala. Die festiviteiten gingen aan Matthijs de Ligt voorbij. Hij was in Kerkrade, waar hij een penalty miste tegen Roda JC.

Het liep voor Ajax overigens goed af, dat avontuur in Limburg, maar vraag niet hoe.

Een strafschoppenserie moest de beslissing brengen ­tussen de nummer twee van de eredivisie en de middenmoter uit de eerste divisie, nadat de wedstrijd in 1-1 was geëindigd. Die serie wonnen de Amsterdammers met 4-2.

Verwarrend
Een jaar geleden miste De Ligt ook al een penalty in de achtste finales van het bekertoernooi, toen tegen FC Twente. Die misser was er wel één met grote gevolgen. De uitschakeling kostte trainer Marcel Keizer een dag later zijn baan.

De Ligt had er woensdagavond niet meer aan teruggedacht, zei hij. "Mijn penalty was toen de zevende, in een beslissend stadium. Nu was ik vrij vroeg in de serie aan de beurt. Je weet wat je te doen staat: een kwestie van rustig blijven, hoek uitzoeken, hard raken."

Hij schoot naast. "Tja, ik ben een verdediger. Toch een ander slag. Als je ziet hoe onberispelijk de aanvallers die ballen erin schieten. Nee, het is niet helemaal mijn ding, geloof ik."

Dusan Tadic, Klaas-Jan Huntelaar en Kasper Dolberg schoten vanaf elf meter met scherp. ­Roda JC had zijn eerste twee penalty's gemist.

De serie werd volgens het ABBA-systeem afgewerkt: eerst nam Ajax een strafschop, daarna Roda JC twee keer en dan Ajax weer.

"Vervelend systeem," zei De Ligt. "Ik vind het helemaal niks. Verwarrend. Ik kon het wel redelijk volgen, maar Vaclav Cerny, die naast me stond, heeft wel vier keer aan de scheidsrechter gevraagd hoeveel het nou stond."

Cerny was invaller gisteravond, net als De Ligt. Trainer Erik ten Hag had een flink aantal vaste krachten buiten de basis gelaten. Lasse Schöne, Hakim Ziyech, Donny van de Beek en Noussair Mazraoui zaten niet eens bij de selectie.

De Ligt, die dinsdagmiddag terugkeerde uit Turijn, mocht van Ten Hag zelf bepalen of hij meeging naar Kerkrade. "Ik wil altijd wel voetballen. Ik was ook niet vermoeid of zo."

Toen wist hij uiteraard niet dat het zo'n gruwel van een wedstrijd zou worden. Ajax heeft dit seizoen laten zien heel goed te kunnen voetballen, maar blijkt ook diep door de ondergrens te kunnen zakken.

Max Wöber, Carel Eiting, Rasmus Kristensen en Zakaria Labyad kregen tegen ­Roda JC hun kans, maar sloegen een modder­figuur. Dat gold overigens ook voor vaste krachten als Frenkie de Jong en David Neres.

Robots
Ten Hag verdedigde zijn voetballers: "Zij zijn geen robots." Maar de Ajacieden leken juist wel robots: alles op de automatische piloot, zielloos en niet in staat om telkens terugkerende fouten uit het spel te halen.

De Ligt viel na een uur in. "Maar het is moeilijk om van achteruit voor de ommekeer te zorgen. Je kunt eens mee naar voren gaan, of een keer op doel schieten, maar dat zet allemaal niet veel zoden aan de dijk."

Uiteindelijk werd Ajax in de verlenging nog twee keer gered door doelman Kostas Lamprou, die wel een voldoende haalde. Toch werd hij twee minuten voor tijd gewisseld voor Andre Onana, met het oog op de penaltyserie. De Kameroener stopte de strafschop van Mitchel Paulissen, nadat Mario Engels de eerste van de Limburgers hoog over had geschoten.

De Ligt: "En dan kun je dus lang napraten over hoe slecht het was en wat we verkeerd hebben gedaan. Klopt allemaal, maar we staan in de kwartfinale van de beker. En dat is vorig jaar niet gelukt. En het jaar daarvoor trouwens ook niet."