Direct naar artikelinhoud
Column

'Raar dat je ook kunt huilen om mooie herinneringen'

Roos SchlikkerBeeld Oof Verschuren

"Hèhè, blij dat we zitten. Wijntje?"

"Tuurlijk. When in Florence do as the Florencers."

"Precies. Weet je dat ik hier ook altijd met mama at?"

"Dan wilde ze natuurlijk in het Italiaans bestellen."

"Jahaa. Ze was heel trots dat ze dat kon."

"Kun je je herinneren dat ze net was begonnen met die Teleac-cursus? In de pizzeria in Amsterdam ging ze heel overdreven Italiaans tegen de ober praten. Zich niet realiserende dat de tent in Turkse handen was. Dus die man maar knikken en op goed geluk 'si si' mompelen, haha."

"Ze had enorm veel bevestiging nodig. Op het kinderlijke af."

"Vroeger vond ik dat irritant. Nu alleen nog lief."

"Ze zei altijd: 'Ik ben een oud meisje.'"

"Dat klopte wel."

"Nou, ze had van mij best wat ouder mogen worden."

"Ik zag vanmorgen deze foto op mijn telefoon. Toen we met z'n allen uit eten gingen."

"Ze ziet er mooi uit daar."

"Maar het was een vreselijke avond. Ze was depressief en onbereikbaar. Alsof ze achter glas zat. Ik wilde door de ramen beuken die om haar heen leken te staan, haar vastpakken, door elkaar schudden desnoods. Om haar maar te laten voelen dat ze erbij hoorde. Maar ze was alleen. Aan een tafel vol mensen. Zo alleen."

"Als je het niet weet, denk je dat we het daar heel gezellig hadden."

"Vandaag zou ze zeventig zijn geworden."

"Ik ben blij dat zij en ik haar verjaardag elk jaar op deze plek vierden. Ze was dan..."

"'t Geeft niet, pap."

"Sorry. Ik wou zeggen: ze was hier altijd gelukkig."

"Ja."

"Raar dat je ook kunt huilen om mooie herinneringen."

"De dood doet gekke dingen. Wat je irritant vond, bekijk je milder. En wat mooi was, krijgt een kledder weemoed. Wat niet mooi was ook, trouwens."

"Ik ben nu meer dan een jaar zonder haar. Ik kan het me amper voorstellen. Laatst las ik een onderzoek waaruit bleek dat veel mensen eenzaam zijn."

"Ben jij weleens eenzaam?"

"Ik weet het niet. Soms twijfel ik: ben ik het nou of ben ik het niet? Is dit alles? denk ik dan."

"Ach, pap."

"Maar dat is snel weer over hoor. Halfuurtje. Dan ga ik gewoon wat doen. Fietsen ofzo. Bovendien heb ik jullie. En veel vrienden."

"Jij zit niet achter glas."

"Nee. Ik ben een geluksvogel. En dit, lieve kind, zou ze leuk hebben gevonden. Dat wij hier nu samen zitten."

"Laten we daar op drinken. En op haar. Proost, mama."

"Proost, Emmeke, proost, oud meisje. Proost."

Roos Schlikker (1975) is journalist en schrijfster van boeken en toneelstukken. Elke zaterdag schrijft ze een column voor Het Parool.

Ik ben nu meer dan een jaar zonder haar. Ik kan het me amper voorstellen