Direct naar artikelinhoud
Column

Trapt Halsema in de Balkenende-valkuil?

Trapt Halsema in de Balkenende-valkuil?
Beeld Steen

Het was haar ­finest hour in de Tweede Kamer: 27 september 2006, het debat tussen Femke Halsema, toen nog fractievoorzitter voor GroenLinks, en toenmalig minister-president Jan Peter Balkenende.

Het land sukkelde al een paar jaar door economische tegenwind en futloos bestuur. Volgens Balkenende ging het iets beter, maar vanuit de oppositie verweet Halsema de premier dat de crisis en de werkeloosheid niet voortvarend genoeg werden aangepakt.

Na een aantal scherpe interrupties van Halsema was de minister-president het zat. "Laten wij blij zijn, laten wij optimistisch zijn! Nederland kan het weer! Die VOC-mentaliteit om over grenzen heen te kijken is weer terug! Dynamiek!," wierp hij Halsema voor de voeten.

Maar onze toekomstige burgemeester ging er niet in mee, prikte het gedachtesprongetje genadeloos door. "Ik wil best optimistisch zijn, maar dan moeten u en uw kabinet plaatsmaken," beet ze hem toe.

Het beeld van een naïeve ­minister-president die niet naar het hier en nu keek, stond sindsdien als een huis.

Zou Halsema eraan gedacht hebben, toen ze haar nieuwjaarstoespraak schreef? Al jaren klagen Amsterdammers over hoge huizenprijzen, toenemende overlast door de groei van de stad en nauwelijks dalende ongelijkheid.

Terwijl raadsleden en wethouders in het stadhuis al geruime tijd druk bezig zijn met het zoeken naar oplossingen voor al die narigheid, roept de nieuwe burgemeester de stad op om hoopvol te zijn. "Amsterdam bewaren als een plek van hoop, is ook de opdracht voor de komende jaren."

Burgemeester Halsema vraagt om een andere toon in het gesprek over de toekomst. Het stellen van de vraag 'van wie is de stad' is volgens Halsema onbevredigend, omdat het antwoord ('van iedereen') in de praktijk moeilijk haalbaar blijkt te zijn.

Er is immers maar weinig dat de lokale politiek kan doen aan de oorzaken van die problemen. Het is precies waarom Balkenende liever niet over de slechte werkloosheidscijfers discussieerde. De uitkomst van dat debat was hoe dan ook negatief en zijn invloed beperkt.

Hoop? Een puinhoop ja, zo verzuchten sommige verbitterde stadgenoten

Wees optimistisch! Wees hoopvol! Trapt Halsema nu in dezelfde valkuil?

Die hoop van Halsema kan bovendien tweeledig worden opgevat: naïef of overdreven. Hoop? Een puinhoop ja, zo verzuchten sommige verbitterde stadgenoten die teleurgesteld zijn in de staat van de stad.

Een andere categorie inwoners associeert hoop vooral met een emotie die je voelt als je diep in de penarie zit en geen uitweg meer ziet. Is het dan zo erg gesteld met Amsterdam? Om een andere uitspraak van Halsema aan te halen: 'ga eens in Somalië kijken'.

In haar toespraak zei Halsema dat ze haar inspiratie voor Amsterdam als plek van Hoop vond bij deftige schrijvers als Rebecca Solnit en Saskia Sassen. Het is een thema waar ze zich al langer in verdiept. In 2016 zei Halsema zelfs dat een gebrek aan hoop op een beter leven de oorzaak was van de verkiezingsoverwinning van Donald Trump en de populariteit van Geert Wilders.

De meeste burgemeesters voor Halsema hielden hun goedbedoelde adviezen aan de Amsterdammers een stuk eenvoudiger. Wees lief voor de stad en voor elkaar, zei de vorige. Weer een ander adviseerde om de boel een beetje bij elkaar te houden. Hopelijk brainstormt Halsema nog even door. Daar heeft ze nog alle tijd voor.

Politiek verslaggevers Michiel Couzy en Ruben Koops belichten beurtelings op zaterdag in 'Republiek Amsterdam' een politiek onderwerp uit de stad.

Reageren? r.koops@parool.nl

Ruben KoopsBeeld Wesley van Zutphen
Trapt Halsema in de Balkenende-valkuil?
Beeld Steen