Direct naar artikelinhoud

Vonnis verbijstert neergestoken architect: 'Een vernedering'

Een psychotische student stak architect Marcel van der Schalk uit het niets neer voor zijn kantoor aan huis op de Keizersgracht. In de slopende strafzaak volgde de ene na de andere klap.

Marcel van der Schalk: 'Hoe alles vanaf het begin is verlopen, het voelt zó onrechtvaardig'Beeld Mark van der Zouw

De misdaad, het strafrecht, de rechtbank: het was allemaal onbekend terrein voor architect Marcel van der Schalk (63).

Dat had het moeten blijven. Om vele redenen.

De messteken van een psychotische Italiaanse student die hem, uit het niets, bijna het leven kostten: daarmee had het natuurlijk allemaal nooit mogen beginnen. Maar dan. Het proces dat ruim tweeënhalf jaar later uitloopt op een deceptie: het is de tweede klap die Van der Schalk niet zag aankomen.

Zijn tragedie begint op woensdagmiddag 17 ­februari 2016, rond half drie. De zon schijnt. Voor zijn kantoor aan huis op de Keizersgracht staat Van der Schalk te bellen tussen de auto's.

Kantje boord
Met zijn gezicht naar het water ziet hij niet hoe de psychotische Italiaanse student Stefano P., dan 24 jaar, zijn twee trolleykoffers laat vallen en op hem af komt. Hij ramt hem een mes in zijn nek, achter zijn linkeroor. Het puntje van een halve centimeter breekt af en blijft steken in zijn nekwervel.

Zijn aanvaller trekt het mes terug en steekt hem op de rijweg nog zes, zeven keer - tot het lemmet van zestien centimeter afbreekt en in Van der Schalks rug achterblijft, net onder zijn longen.

Dat laatste merkt Van der Schalk overigens pas in het ziekenhuis.

Na het steken wandelt de student weg, met zijn rolkoffers, maar hij keert op aandringen van omstanders terug. Hij probeert in een passerende taxi te springen. De omstanders overtuigen de chauffeur ervan dat hij P. moet laten staan. Die wordt uiteindelijk door een gealarmeerde motoragent gearresteerd.

In het ziekenhuis vecht een team van artsen voor Van der Schalks leven. Het is kantje boord. Zijn dochters krijgen het advies afscheid te ­nemen, maar hij overleeft. Het mespuntje steekt nog altijd in zijn nekwervel, omdat de artsen het onverantwoord vinden dat vlakbij een halsslagader en zenuwen los te wrikken.     

Ontoerekeningsvatbaar
Van een slepend herstelproces, waarbij zijn dochters hem thuis verzorgen, wordt Van der Schalk niet de oude. Slikken is erg lastig, een stemband blijkt verlamd, proeven en ruiken gaat slecht en zijn nek is gevoelloos rond de wond.

Maar vooral de gedachte dat het in zijn nek achtergebleven mespuntje door een gekke beweging de slagader kan doorprikken, waarna hij in korte tijd kan doodbloeden, benauwt hem. Een posttraumatische stressstoornis houdt hem bovendien in de greep.

Onder die omstandigheden volgt het proces.  De psycholoog en de psychiater die de verdachte hebben bezocht in de gesloten kliniek in ­Heiloo, adviseren tot Van der Schalks schrik om hem geen tbs op te leggen, maar hem naar zijn ouders in Italië terug te sturen. Hij was door zijn psychose volgens beide deskundigen ontoerekeningsvatbaar.

De verbijsterde Van der Schalk protesteert ­hevig, ook gedurende het mediastormpje na een artikel over de zaak in deze krant.

Wij zitten te huilen, maar die mevrouw van de reclassering zit om iets te lachen, heel vreemd
Het mespuntje dat in Van der Schalks nekwervel is achtergebleven

In een drukbezochte rechtszaak vraagt de officier van justitie toch tbs met dwangverpleging, maar de rechtbank oordeelt dat P. niet voor het steken gestraft kan worden, in lijn met de visie van de deskundigen.

Hij moet voor maximaal een jaar in een psychiatrisch ziekenhuis worden opgenomen, zo luidt het vonnis, opdat zijn ­terugkeer naar Italië kan worden voorbereid. Daar denkt zijn moeder, verpleegkundige, hem te kunnen verzorgen. Van der Schalk reageert verslagen, maar justitie gaat in hoger beroep.  

Steeds gekker
De eerste advocaat-generaal (de aanklager in appèl) die de zaak oppakt, geeft Van der Schalk 'een goed gevoel'. Die wordt helaas ziek en moet zich laten vervangen. Het Pieter Baan Centrum onderzoekt P. opnieuw en adviseert tbs met voorwaarden.

"Vervolgens leven we in spanning toe naar het hoger beroep, op 26 september," zegt Van der Schalk.

"De zaak wordt dan steeds gekker. Twee dagen voor de behandeling blijkt die nieuwe, tweede advocaat-generaal helemaal niet op de hoogte van het dossier! Het is een puinhoop bij het Openbaar Ministerie, krijgen we te horen, en de zaak is al die tijd blijven liggen. Hij excuseert zich bij voorbaat."

De zitting ervaren Van der Schalk en zijn naasten als 'vernederend'. "Wij zitten te huilen, maar die mevrouw van de reclassering zit om iets te lachen, heel vreemd. De advocaat-generaal stelt de deskundigen vragen, maar krijgt geen voet aan de grond. Zij blijven bij het in april 2016 ingenomen standpunt: Stefano P. is ontoerekeningsvatbaar."

Weinig vertrouwen
De aanklager vordert niettemin tbs met voorwaarden. P.'s advocaat stelt dat die geen risico meer vormt omdat hij 'uitbehandeld' is en volgens de directie van de inrichting in Heiloo al drie maanden na de steekpartij gezond genoeg was. In de inrichting is een in het Italiaans ­vertaald plan opgesteld om signalen voor een nieuwe psychose tijdig te herkennen.

Het hof oordeelt in grote lijnen zoals de rechtbank: P. moest één jaar naar de inrichting. Dat jaar is ruim voorbij. Hij komt dus vrij.  

Van der Schalk heeft weinig vertrouwen in de aangetekende cassatie bij de Hoge Raad. Hij hoopt dat het Europese Hof voor de Rechten van de Mens hem ooit zal helpen aan een arrest dat wél voelt als gerechtigheid.

"Hoe alles vanaf het begin is verlopen, het voelt zó onrechtvaardig. Het begint met die eerste rapporten uit april 2016 en bij de rechtbank en het gerechtshof is het uiteindelijk een herhaling van zetten. Het gerechtshof zet in een slordig proces niets recht, maar doet er juist een schepje áf."

Hoe alles vanaf het begin is verlopen, het voelt zó onrechtvaardig

Een fractie van de schadevergoeding

Niet alleen in de hoofdzaak voelt Marcel van der Schalk zijn belangen tekort gedaan. Ook de behandeling van zijn verzoek om schadevergoeding geeft hem een naar gevoel.

Dat onderdeel van het strafproces voelt voor slachtoffers vaker als een kwestie van wel erg kille calculaties. Voor Van der Schalk is het oordeel over de in zijn ogen toch redelijke verzoeken een extra klap.

Burgerrechter
In de rechtbank had hij niet ­gekregen waar hij om had gevraagd. Van zijn vordering van 313.574,27 euro voor de vergoeding van de materiële en immateriële schade, was hem ruim 55.000 euro toegekend.

Voor de rest van de schade­vergoeding moest hij maar naar de burgerrechter, omdat de drie strafrechters zijn rekensom en, vooral ook, de ­onderbouwing daarvan te ingewikkeld vonden om in hun vonnis af te doen.

Dat komt heel vaak voor. Bij het gerechtshof sloeg de teleurstelling om in een deceptie.

Trap na
Het gerechtshof kent ruim 47.000 euro schadevergoeding toe: ruim 22.000 euro voor de materiële schade (vooral gederfde inkomsten) en 25.000 euro voor de immateriële (emotionele) schade.

Van der Schalk: "Die lagere schadevergoeding voelt als een trap na. Mijn kapotte bril wordt niet eens vergoed!"

De bril stond niet vernoemd in zijn aangifte, dus vindt het hof extra onderzoek nodig en dat is in de strafzaak te belastend. "Het komt allemaal zó vernederend en denigrerend over."