Direct naar artikelinhoud
Ten Slotte

Eli Asser (1922-2019): Lastig, tenzij je hem z'n gang liet gaan

De Joodse Eli Asser, schrijver van de televisieseries 't Schaep met de 5 Pooten en Citroentje met Suiker, is zaterdag op 96-jarige leeftijd overleden.

Eli AsserBeeld anp

Vijftig jaar lang schreef hij komedie, pas daarna vatte hij de moed zijn oorlogsverleden op te tekenen. De Brizmilah (De besnijdenis) noemde hij zijn mooiste verhaal. 

Asser, een jongen uit de arme Joden Houttuinen, een van de "treurigste achterstraten" van Amsterdam, volgde zijn middelbare schoolopleiding, als enige jongen uit zijn buurt, aan het Barlaeusgymnasium.

Uit schaamte nam hij nooit iemand mee naar zijn huis. "Vóór de Blauwbrug heette ik Eli, daarachter Elias," zei hij ruim zes jaar geleden in een interview met Het Parool.

Joods verraad
In de oorlog bood een medeleerling hem en zijn gezin - vader, moeder en zusje - aan onder te duiken. Maar zijn vader pakte het krantje erbij waarin de Joodsche Raad de Joden opriep de voorschriften van de bezetter op te volgen. Joods verraad, noemde Asser het na de oorlog.

Asser werkte in 1942 in de Joodse psychiatrische inrichting Het Apeldoornsche Bos als leerling-verpleger. Zo kon hij de Arbeitseinsatz ontduiken. Zijn vriendinnetje Eva Croiset volgde hem. Negen maanden later doken ze onder, vlak voordat de Duitsers op 21 januari 1943 alle patiënten en verplegers van de instelling deporteerden.

Assers ouders en zusje overleefden de oorlog echter niet. Praten erover had geen zin, zei hij in het interview. "Het was een zware, droevige periode. Ik ben veel vergeten over die tijd. Ik heb het weggevaagd uit mijn hersens."

Na de oorlog ging hij aan de slag bij het Haagsch Dagblad, de Haagse editie van Het Parool, waar hij drie jaar werkte, totdat hij ruzie kreeg met de hoofdredacteur. Hij vond dat hij maar rotklusjes moest doen, zoals de stadsagenda bijhouden, al had hij ook een eigen kroniek: Kris Kras door Den Haag.

Annie M.G. Schmidt
Bij Het Parool vormde hij samen met Annie M.G. Schmidt en andere journalisten cabaretgroep De Inktvis. Ook ontmoette hij er Simon Carmiggelt die ervoor zorgde dat hij na het conflict een betrekking kreeg bij Vrij Nederland, waar hij tot 1953 heeft gewerkt.

Tegen VN-journaliste Bibeb zou hij later, in 1995, zeggen: "Ik ben lastig, maar niet als je mij m'n gang laat gaan."

Asser kwam vervolgens terecht in de radiowereld en begon met zijn populaire radioserie Mimoza waarin Wim Sonneveld, Guus Oster, Ko van Dijk en Conny Stuart speelden. Eind jaren vijftig stapte hij over op de tv en schreef het immens populaire 't Schaep met de 5 Pooten, over het leven van een kastelein in een bruine kroeg in de Jordaan, uitgezonden in 1969/1970. 

Asser en zijn inmiddels echtgenote Eva Croiset woonden op de Zandhoek. Hij haalde zijn verhalen voor het Schaep uit kroegen als De Twee Zwaantjes, Theo Ruyter, Hoppe en de Koningshut.

Citroentje
Adèle Bloemendaal, Piet Römer en Leen Jongewaard waren de bekendste spelers in de serie, die ook een Televizierring won en een kijkdichtheid van soms zeventig procent had.

Het leverde hits op als Het Zal je Kind Maar Wezen, op muziek van Harry Bannink. Toch zijn er maar acht afleveringen van gemaakt. Vervolgens schreef hij Citroentje met Suiker, dat het succes van het Schaep niet zou evenaren.

Adele Bloemendaal, Willeke van Ammelrooy en Piet Romer in t Schaep met de 5 Pooten in 1969.Beeld ANP Kippa

Het werd daarna een tijdje stil rond Asser. In 1986 kreeg hij een hartaanval en besloot hij zich op serieuzer werk te richten. Hij schreef een drieluik over de oorlog: het toneelstuk De Brizmilah (De Besnijdenis), Het Laatste Glas Melk en Rembrandt Was Mijn Buurman. Pas vijftig jaar na de oorlog kon hij de moed bijeenrapen om over de oorlog te schrijven.

Zijn levensverhaal vertelde hij in 1996 voor het Visual History Archive van het USC Shoah Foundation Institute van Steven Spielberg. Acht jaar later publiceerde hij zijn boek Alles is Meegenomen met de brieven die Eva Croiset en hij elkaar schreven vanuit hun onderduikadressen. Op zijn 75ste werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Zijn dochter Hella de Jonge, vrouw van Freek de Jonge, schreef in haar boek Spring (2012) dat haar vader, die altijd over de oorlog en zijn vermoorde familieleden zweeg, een doos met familiedocumenten bij de vuilnis wilde zetten. De doos bevatte persoonsbewijzen, brieven en foto's. Ze kwam erachter dat Eli behalve een zus ook twee halfbroers had.

Bang
Na ruim 25 jaar in Bussum te hebben gewoond trok hij na de dood van zijn vrouw in 2002 naar Amsterdam-Zuid. Hij was vaak in zijn stamcafé Welling te vinden.

Op zijn negentigste, zo zei hij, kon hij terugblikken op een leuk leven en een fijn huwelijk waarin hij veel plezier beleefde aan zijn drie kinderen. "Wat kan een mens meer wensen? Alleen als ik in de spiegel kijk naar mijn eigen hoofd, denk ik: pech gehad."

Tot op hoge leeftijd schreef hij nog vaak een versje, gedichtje of een liedje. "Om de tijd die mij nog rest te doden," zei hij.

Toen hem op zijn negentigste verjaardag werd gevraagd of hij bang was voor de dood, haalde hij zijn goede vriend/kunstschilder Leo Schatz aan. Die zei daarover: 'Als ik op een avond naar bed ga en de volgende dag niet meer wakker word, zult u mij niet horen klagen'.

Asser vond het een geweldige uitspraak. Zaterdag overleed hij in zijn slaap.

Ik ben lastig, maar niet als je mij m'n gang laat gaan
Asser in 1961Beeld anp