Direct naar artikelinhoud
Klapstoel

Robert Geerlings: 'Talent is geen mening'

Robert Geerlings (1965) is advocaat en zaakwaarnemer. Hij nam deze week na tien jaar afscheid als voorzitter van de Sportraad Amsterdam en ontving daarbij de Andreaspenning.

Robert GeerlingsBeeld Harmen de Jong

Suriname

"Daar ben ik geboren, maar ik heb heel weinig herinneringen aan Paramaribo. Op mijn vierde verhuisden we naar Nederland. Pas na veertig jaar ben ik voor het eerst teruggegaan. Tot die tijd miste ik de behoefte."

"In Nederland was en ben ik op mijn plek. Op een gegeven moment moest ik er toch aan geloven. Dat is heel goed bevallen. Niet zozeer dat ik daar wil wonen, maar je ontdekt een gevoel dat ín je zit en er pas uitkomt als je daar bent. In Nederland ben ik 99 procent, in Suriname 100."

Kleiburg

"Het nest waar ik ben opgegroeid. In mijn jeugd was de Bijlmer een plek met veel intellectuelen en moderne denkers. Ik heb er een waanzinnig mooie jeugd gehad. De omgeving was autoloos, de wegen liepen allemaal bovenlangs. Ik groeide op in het groen: bomen klimmen, voetballen, tikkertje spelen. Natuurlijk heb ik als jonge jongen de Bijlmer zien veranderen, maar ik maakte dat niet zo bewust mee."

"Er was wel criminaliteit, maar niks extreems. Ik moet zeggen dat Noord in die tijd spannender was. Als wij daar moesten voetballen, vonden we dat als Bijlmerjongens best eng. Het gaat om een dy­namiek: als een groepje jongens het idee krijgt dominant en relevant te kunnen worden door wangedrag, heb je een probleem. Dat kan in ­elke buurt gebeuren. In de Bijlmer kom ik nog steeds graag, het blijft een interessante buurt."

Meerboys

"Ik begon met voetballen bij sv Bijlmer. Op mijn tiende zei mijn moeder dat ik naar Meerboys moest. Dat was een traumatische ervaring, ik heb tranen met tuiten gehuild. Met Steven van Dorpel, Paul Esajas en mij hadden we een wereldvoorhoede bij sv Bijlmer. Pas later begreep ik mijn moeder. Bij sv Bijlmer was het heel comfortabel: er werd half Surinaams gesproken, broodjes bakkeljauw in de kantine."

"Maar uit­eindelijk móet je onderdeel worden van dit land. Meerboys was een volksclub in Oost waar iedereen plat Amsterdams praatte. Een heel praktische inburgeringscursus. Die overstap is bepalend geweest voor mijn persoonlijke ontwikkeling. Denk je dat ik anders ooit advocaat was geworden bij een groot kantoor?"

New York

"Ik heb er in totaal zes jaar doorgebracht. Ik kwam er voor het eerst na mijn eindexamen vwo. Mijn vriendjes gingen naar Lloret de Mar, ik wilde naar New York. Amsterdam kende ik wel. Vanaf mijn dertiende was ik de stad aan het verkennen. Ik nam geen trekjes van sigaretten, dronk mijn eerste biertje pas toen ik advocaat was en drugs heb ik nooit aangeraakt, maar ik zag álles om me heen en vulde mezelf met verhalen."

Noord was in die tijd spannender. Als wij daar moesten voetballen, vonden we dat als Bijlmerjongens best eng

"Met een vriend heb ik geld geleend van een oom en zijn we naar New York gegaan. Het zal 1983 zijn geweest. We zijn bijna twee maanden gebleven. We logeerden ergens diep in Brooklyn. In vergelijking daarmee was de Bijlmer een soort Wassenaar."

"Later heb ik in New York gestudeerd aan de NYU School of Law. Ook een waanzinnige tijd. Nadat ik bij advocatenkantoor Loeff Claeys ­Verbeke terecht was gekomen, heb ik er nog vijf jaar gewoond. Mijn beide dochters zijn er geboren en mijn vrouw Milou werkte op het Nederlands consulaat. We waren helemaal ingeburgerd."

9/11

"Ik was, geloof ik, de eerste die op de Nederlandse televisie te horen was. Ik zag live het tweede vliegtuig de toren invliegen. We woonden op Beach Street, ongeveer een kilometer van de Twin Towers. Toen ik naar buiten liep, was er geroezemoes en keken mensen naar ­boven."

"Er zat een gat in de Noordtoren en er kwam rook uit. De lucht was strak blauw, dus het kón geen ongeluk zijn. Toen ik de metro ­wilde pakken om toch naar mijn werk te gaan, werd ik tegengehouden door een agent. Terwijl we stonden te praten volgde een enorme explosie. Het tweede vliegtuig. Ergens heeft het bijgedragen aan de keuze New York te verlaten."

"Na de aanslagen hing er een depressieve deken over de stad. Toch woog het zwaarst dat mijn vrouw en ik vonden dat onze dochters moesten opgroeien in de omgeving van hun neefjes, nichtjes en opa's en oma's."

Humberto Tan

"Hij is sinds de kleuterschool in mijn leven. Zo'n vriendschap geeft rust. Omdat hij voor tv werkt, heeft iedereen een mening over hem en ligt zelfs zijn privéleven onder een vergrootglas. Ik denk dat het ook extra aandacht geeft dat hij niet het gebruikelijke profiel heeft. Hij probeert iets te brengen waaraan Nederland - denk ik - ­behoefte heeft."

"We kunnen dat niet opvullen met de Van Nieuwkerks, de Jineks en de Van Erven Dorens'. Stuk voor stuk professionals, maar Humberto is een man die groepen verbindt. Iedereen is eilandjes aan het bouwen: Wilders, Baudet, Marijnissen. Die eilandjes worden groter door te wijzen op verschillen. Humberto probeert daarin zijn verantwoordelijkheid te pakken."

"Hij is daarbij een van de weinige Surinaamse rolmodellen. Dat is verontrustend. En wat doen wij? Wij sabelen hem neer. En dat gaat over meer dan zijn werk. Als ik soms stukken lees van een dame uit het AD denk ik: wat is jouw bijdrage aan deze samenleving?"

Sportraad Amsterdam

"Tien prachtige jaren. Ik heb geprobeerd de Sportraad aan te pakken zoals ik alles aanpak: goed is niet goed genoeg. Ik trof een orgaan aan dat veel relevanter kon zijn dan het daadwerkelijk was. Ik zeg altijd dat sport als instrument om sociaal-maatschappelijke veranderingen in beweging te zetten enorm wordt onderschat."

Mino Raiola heeft het goed gedaan voor zichzelf, maar zeker ook voor een groot deel van zijn clientèle

"Het is zo belangrijk voor de leefbaarheid en ­sociale ordening om ons heen. In Amsterdam leefde vooral de gedachte dat cultuur geweldig is. Dat vind ik ook, maar sport óók. Het is niet het een of het ander, het is allebei. Sport is laagdrempelig en plezierig en er zijn allerlei positieve effecten, mentaal, fysiek en cognitief. Ik ben trots te constateren dat sport nu geworteld is in ons stadsbestuur."

Andreaspenning

"Dat ik de Andreaspenning heb gekregen voor mijn inzet voor de sport in Amsterdam vind ik bijzonder eervol. Een fraai sluitstuk van mijn voorzitterschap. Dat ik de onderscheiding uit handen van wethouder Eric van der Burg kreeg, is extra mooi. Eric was een klasgenootje van me."

"Hij is een geweldenaar. Ik woonde al lang en breed in Oud-Zuid, maar hij bleef in de Bijlmer, omdat dat zijn buurt is. Als sportwethouder heb ik vaak met hem te maken gehad en wij begrijpen elkaar. Hij weet het liberaal gedachtegoed te combineren met empathie."

Gekozen burgemeester

"In Amerika wordt zelfs de lokale rechter ge­kozen. Dat slaat door, maar het gaat er bij mij lastig in dat wij onze burgemeester niet kiezen. Als ondernemer denk ik steeds minder in termen van landen. New York is geen Amerika, ­Milaan is geen Italië, Amsterdam is geen Nederland. Er wordt gestrooid met allerlei landelijke gemiddelden, maar die zeggen zo weinig. Ik wil weten wat er in de regio Amsterdam gebeurt. Als je het gemiddelde van Nederland neemt, ga je fouten maken in analyses."

Glory 26

"Dat was een gevoelig dossier. Burgemeester Van der Laan had gezegd dat kickboksgala's nooit meer een plek zouden krijgen in de stad. Ik weet uit ervaring hoe belangrijk juist dat soort sporten is voor ordening in de stad. Bij groepen die je in het gareel wil krijgen, is afstoten het slechtste wat je kunt doen."

"Op het Glory 26-dossier hebben we de kracht van Van der Laan gezien. Hoewel hij zeer uitgesproken was, was hij bereid terug te komen op zijn mening. Het ging hem niet om politiek gewin, maar om waar de stad behoefte aan had. Nu reguleert en controleert de Vechtsportautoriteit alles en zijn de excessen min of meer verdwenen."

Waarom Messi van Mars komt

"...en Ronaldo uit Portugal. Mijn boek. Het gaat over hoe talentherkenning kan leiden tot ontwrichtende situaties. Talent is geen mening, ­talent is toetsbaar. Vraag kinderen wie het meeste talent van het veld heeft en iedereen wijst hetzelfde jongetje aan. Het gaat vaak mis als grote mensen zich ermee gaan bemoeien."

"Dan komen er allerlei belangen die niet relevant en vaak onzuiver zijn. Dat is mede waarom Nederland is afgegleden naar de 21ste plek op de Fifa-wereldranglijst. Het is een puinhoop, omdat heel vaak niet wordt geïnvesteerd in de echte talenten, maar in wie wij graag op het schild hijsen."

Rafael van der Vaart

"Op een gegeven moment stond zijn vader voor mijn deur. Hij vroeg of ik de belangen van zijn zoon wilde behartigen. Dat heb ik ook voor ­Edgar Davids gedaan. Bij Rafael was het niet ­alleen zakelijk, omdat zijn privéleven op een gegeven moment een afslag nam. Ik begeleidde zowel Rafael als Sylvie. Dat werd een spagaat. De rest van het verhaal laat ik maar even voor wat het is. Daar is genoeg over geschreven."

Zaakwaarnemers

"In Amerika worden sporters begeleid door ­advocaten. Ik onderhandel vanuit mijn achtergrond en kennis als advocaat. Het verschil met zaakwaarnemers is dat een advocaat gebonden is aan de regels van de Orde van Advocaten. De hoofdregel: het belang van de cliënt prevaleert te allen tijde."

"Ik wil daarmee zaakwaarnemers niet diskwalificeren. Iemand als Mino Raiola heeft het goed gedaan voor zichzelf, maar zeker ook voor een groot deel van zijn clientèle. Hij brengt ze naar grote clubs, regelt grote contracten. Respect. Dat hij ook weleens ontwrichtend kan zijn, komt doordat hij dezelfde regel naleeft: het belang van zijn cliënt staat boven dat van de clubs."

Izaline Calister

"Die naam laat niet meteen een belletje rinkelen. Een zangeres?"