Direct naar artikelinhoud

60 jaar Jumping Amsterdam: paarden nemen de RAI weer over

Jumping Amsterdam beleeft donderdag de opening van de zestigste editie. De laatste jaren gaat het goed, maar het ruiterevenement heeft ook zwaardere tijden gekend.

Concours hippique in de RAI, 1958. Prinses Margriet neemt op Koralle een hindernisBeeld Fotocollectie Anefo

Ooit was er nog eens sprake van dat Jumping Amsterdam zou vertrekken uit de RAI. Dat de knollen voortaan te zien zouden zijn in, godbetert, de Amsterdam Arena, die toen nog onder die naam in aanbouw was.

Halverwege de tweede helft van de jaren negentig was het, toen die geluiden opgeld deden. Je vraagt je af wat het effect zou zijn geweest op de grasmat die er in dat decennium niet op zijn florissantst bijlag.

Dat het niet is doorgegaan destijds, is in alle opzichten goed nieuws geweest. Want de Arena is voetbal en een beetje popconcerten: paarden passen alleen bij het stadion op wedstrijddagen, bereden door agenten.

Terwijl de RAI en Jumping Amsterdam onlosmakelijk met elkaar verbonden lijken. Natuurlijk wordt de beursvloer het grootste deel van het jaar bevolkt door tweebenige standhouders en passanten, maar die paar dagen per jaar dat het rond de RAI zo heerlijk naar stal riekt, die duren nu al zestig jaar.

Kritische momenten
Maar zo vanzelfsprekend als het na al die jaren lijkt, zo had het allemaal ook anders kunnen lopen, vertelt bestuurslid Pieter Wiersinga van Jumping Amsterdam. Hij is al voor de dertigste keer betrokken bij de organisatie.

Hij maakte de goede tijden mee, maar ook de jaren waarin het voortbestaan van het evenement aan een zijden draadje hing. "Halverwege de jaren tachtig was het, op zijn zachtst gezegd, soms nogal ingewikkeld om de begroting rond te krijgen. Er zijn kritische momenten geweest dat we met de schulden van het jaar ervoor zaten."

Technisch parcours
Bezoekersaantallen bleven achter en de economische tegenspoed ging niet voorbij aan de paardensport, zegt Wiersinga. "De sponsor­gelden kachelden achteruit en de huur liep op, die konden wij niet of nauwelijks meer opbrengen. Toen hebben we ook gekeken of er misschien andere plaatsen waren."

'"Almere diende zich ook aan, we hebben gekeken naar Leiden. Maar we vonden dat we echt bij Amsterdam hoorden. Gelukkig hebben we toen een goede samenwerking kunnen aangaan met een kleine, harde kern van leveranciers en de RAI zelf."

De laatste jaren gaat het weer goed met Jumping Amsterdam. Niet in de laatste plaats door het technische parcours, zegt Wiersinga. "Je ziet vaak dat de hindernissen hoger worden, maar daar gaan wij niet in mee. Je moet ook aan het welzijn van de paarden denken. De uitdaging zit hem in het ontwerp van een technisch parcours: is er ergens een slimme bocht te maken door paard en ruiter? Dat levert vaak een schitterend schouwspel op."

Of ook leden van het Koninklijk Huis Jumping Amsterdam weer bezoeken kan Wiersinga niet zeggen. "Als zij er zijn, komen zij als privépersonen." Wel is het koningshuis zeer begaan met het evenement. Tijdens de eerste editie in 1958, nog in het oude RAI-gebouw, deed prinses Margriet zelf mee.

Grooms
De sfeer en de manier waarop het hele evenement tot in de puntjes wordt geregeld bepalen het succes van Jumping Amsterdam, zegt Wiersinga. "Er staat een heel team van grooms paraat om de paarden van de beste zorg te voorzien. De groom verzorgt het paard en helpt de ruiter waar nodig. Ze kennen het paard door en door en weten precies waar het behoefte aan heeft."

Je ziet vaak dat de hindernissen hoger worden, maar daar ­­gaan wij niet in mee

60x Jumping

Vanaf donderdag nemen de paarden de RAI weer over, voor een paar dagen tenminste. Het is een bijzondere editie van Jumping Amster­dam, met Den Bosch en Maastricht een van de drie grote hippische evenementen in Nederland, want het is de zestigste keer.

Tot en met zondag draaft de top en van alles daaronder in de hallen langs de Wielingenstraat. Er wordt gesprongen en er is dressuur. Er zijn 204 stallen en Gerard Joling treedt op. De Café Luxembourg Prijs (kür op muziek) en de Zegwaard Rioolontstoppingprijs (internationaal springen) worden uitgereikt.

Met de Zwitserse springruiter Steve Guerdat en de Duitse dressuuramazone Isabell Werth komen de actuele leiders van de wereldranglijst aan de start in de FEI-wereldbekerkwalificaties op Jumping Amsterdam. Irene Verheul, sportdirecteur van Jumping Amsterdam, is trots op het deelnemersveld.

"Twee jaar geleden spraken we onze ambitie uit en alles valt deze editie samen: de wereldbeker springen is na tien jaar weer terug op het programma en we hebben meer tribune­capaciteit en een extra evenementenhal voor alle bezoekers aan deze speciale ­Diamond Edition'. Het deel­nemersveld bij zowel het springen als de dressuur ­belooft topsport."