Direct naar artikelinhoud

Op zwammensafari in het Amsterdamse Bos: 'Niet plukken'

In de herfst, als de temperatuur nog mild is en de bodem vochtig, is het Amsterdamse Bos de uitgelezen plek voor een zwammensafari. Plukken mag niet. 'Zelfs ik als boswachter durf het niet aan.'

Boswachter Pieter Rust: 'In het beginstadium ziet vrijwel ­elke soort eruit als een champignon.'Beeld Sanne Zurné

In het oranje gekleurde bos zet boswachter Pieter Rust zijn witte dienstauto om de zoveel meter stil en stapt hij uit. Het stikt er momenteel van de paddenstoelen. Porseleinzwammen, tonderzwammen, inktzwammen, honingzwammen, elfenbankjes en de klassieker: de vliegenzwam.

Het is niet moeilijk voor te stellen dat het najaar steevast de drukste periode van het jaar is in het Amsterdamse Bos. "Het geritsel van de eikels en beukennootjes. De kleuren. Er is nu gewoon meer te beleven dan hoog­zomer," zegt Rust.

Droombaan
Negen jaar geleden werd de uit de buurt van Delft afkomstige Rust boswachter van het Amsterdamse Bos. Het is de baan waarvan hij als kind droomde. Met vijf collega's waakt hij 's ochtends, 's avonds en in het weekend over het bos, dat hij op zijn duimpje kent. Hij weet bijna blindelings aan te wijzen waar elk jaar bepaalde soorten paddenstoelen de kop opsteken.

De ondergrondse schimmeldraden blijven namelijk door de jaren heen in leven. Net als bloemen komen ze pas bij ­geschikte weersomstandigheden boven het oppervlak tot bloei, waarvandaan ze zich proberen voort te planten. Dat is voor de meeste soorten in de herfst, al zijn sommige paddenstoelen permanent te zien en vertonen andere zich pas nadat het heeft gevroren.

VliegenzwamBeeld Sanne Zurné


"Je kunt ze grofweg in drie categorieën indelen," vertelt Rust. Zo zijn er paddenstoelen die samenwerken met ­bomen en met hun schimmelsporen verbonden zijn aan de wortels van de boom. Weer andere soorten ruimen afval op en halen hun voedingsstoffen uit dode bomen of ­afgevallen bladeren. "De derde categorie zijn parasieten, die teren op levende bomen en zijn voor hun gastheer ook ­gevaarlijk."

De illustere berkendoder
Een afgezaagde berk langs het bospad dient als voorbeeld voor die laatste categorie. Witte schimmels komen op verscheidene punten uit de witte bast. "Dat is de illustere berkendoder. Als die in een boom zit, is het vrij snel ­einde verhaal," zegt Rust. Boswachters houden zo'n boom vanaf dat moment in de gaten, en als hij dicht bij een pad staat, kiezen ze er vaak voor hem af te zagen. Zo voorkomen ze dat hij op een gegeven moment omvalt.

Ook de berkendoder is er niet voor niks, benadrukt hij. De schimmel maakt bomen brosser, waardoor insecten onder de schors kunnen leven en spechten er bijvoorbeeld makkelijker een nest in kunnen bouwen. "Zo is hij een ­belangrijk onderdeel van het ecosysteem. Als een boom geen gevaar oplevert, doen we er bij voorkeur niks mee."

In het Amsterdamse Bos zijn ook eetbare paddenstoelen te vinden, zoals eekhoorntjesbrood of judasoor. Plukken is echter niet toegestaan (zie kader) en mocht Rust of een van zijn collega's je betrappen, dan staat daar een boete op.

"Zo troffen we ooit een man aan die tientallen tonderzwammen had afgebroken. Daarvan wordt gezegd dat ze een medicinale kwaliteit hebben, ze worden ook in traditionele medicijnen gebruikt. Vermoedelijk wilde deze man ze doorverkopen. We hebben hem overgedragen aan de ­officier van justitie."

Nog afgezien van het verbod raadt Rust het met klem af wilde exemplaren te eten. "Je moet echt een expert zijn, ­wil je ze van elkaar kunnen onderscheiden. De groene knolamaniet (een van de giftigste paddenstoelen ter ­wereld die ook groeit in Nederland, red.) herken je wel.Maar er zijn tal van giftige soorten die maar een fractie van uiterlijk verschillen van een niet-giftige."

BerkenzwamBeeld Sanne Zurné

Wat het nog moeilijker maakt, is dat ze gedurende hun levensloop van uiterlijk veranderen. "In het beginstadium ziet vrijwel ­elke soort eruit als een champignon. Zelfs ik als boswachter durf het niet aan."

Aanhoudende warmte
Gevolgen van de aanhoudende warmte en droogte voor de paddenstoelen ziet Rust niet. Wel zorgen de weersomstandigheden voor opmerkelijke taferelen die doorgaans niet in de herfst worden waargenomen. Zoals een knalrode bosaardbei die op tientallen centimeters van een bundel honingzwammen stug door blijft groeien. 

"Ook zijn er nog zangvogeltjes in de weer met het zoeken van bessen en vanwege de piek de laatste weken zie je nog nieuw fluitenkruid opkomen. Voor de vogels misschien prettig, omdat ze nu steviger aan de winter beginnen. Maar dit zijn ­dingen die doorgaans in het voorjaar worden gezien." 

Vraag Rust in welk bos hij het liefst zou werken en hij zegt het Amsterdamse. Dat was ooit wel anders. "Ik dacht dat het Amsterdamse Bos een mooie plek was om te starten en dat ik na vijf of zes jaar in een groter bos zou werken. Dat kwam voort uit mijn romantische idee van in een hut of boerderij aan de rand van het bos ­wonen. Inmiddels wil ik hier niet meer weg."

Aangeklaagd

Er geldt in Nederland geen landelijk verbod op het plukken van paddenstoelen, maar gemeenten kunnen wel zelf een plukverbod instellen. Zo mag je geen paddenstoelen plukken in het Amsterdamse Bos. Als je door een boswachter wordt betrapt, kun je worden beboet of zelfs vervolgd. Landelijk is ook een rode lijst opgesteld met paddenstoelen die überhaupt niet geplukt mogen worden. In de meest recente lijst, uit 2009, staan meer dan 1600 paddenstoelensoorten.

Kale inktzwamBeeld Sanne Zurné

Zelf spotten

1. Het elfenbankje groeit het hele jaar door en helpt mee met het afbreken van de afgevallen bladeren in het bos. Deze donkergekleurde paddenstoelen leven vooral in loofbossen en zijn te herkennen aan hun trapsgewijze groeivorm.

2. De naam zegt het al: de berkenzwam of ­berkendoder groeit voornamelijk op berken en velt zijn gastheer uiteindelijk. Hij groeit het hele jaar door, al wordt hij niet ouder dan een jaar. Ze beginnen wit en krijgen in verloop van tijd een lichtbruine bovenkant.

3. De vliegenzwam is waarschijnlijk de bekendste paddenstoel die er is. Deze lichtgiftige paddenstoel groeit meestal in loofbossen, waar de schimmelsporen zich binden aan de wortels van bomen. De stippen zijn restanten van het vlies waarin de paddenstoel zat voordat hij uit de grond kwam.

4. De kale inktzwam is een van de vaakst ­voorkomende paddenstoelen in Nederland. Je herkent hem aan zijn kleur en de inktachtige sporen die ze afgeven bij aanraking. Leuk voor ­kinderen, minder leuk voor ouders die hun kleren wassen.

5. De witte porseleinzwam lijkt vanwege het slijmlaagje over de hoed van porselein te zijn, vandaar de naam porseleinzwam. Ze komen vrijwel uitsluitend in de herfst voor en groeien vooral op de stammen van beuken.